III-a. LAMBERT MATHYSS VAN GERWEN, vermeld tussen 1455 en 1506, overleden voor 1508. Lambert bezat onroerende goederen en cijnzen en pachten in Schijndel, Berlicum, Sint-Michielsgestel, Rosmalen, Hintham en 's-Hertogenbosch.89 Daarnaast vinden we hem herhaaldelijk terug als partij bij betalingsbeloften.90
Lambert was gehuwd met Agnes, dochter van Thomas Thomas (Maes) Selen en van Ghysela N. (vermeld in 1460-1475, overleden voor 1498). Haar vader was lid van het molenaarsambacht van 's-Hertogenbosch. Na Thomas' overlijden zegde diens weduwe in 1457 het lidmaatschap van dit ambacht op.91 Ook Agnes' broer Thomas oefende het beroep van molenaar uit.92
Uit dit huwelijk zijn geboren:93
| 146 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
IV-a. THOMAS LAMBRECHTS VAN GERWEN, vermeld tussen 1498 en 1554, overleden voor 1557. Hij was gegoed in Schijndel, Sint-Michielsgestel en met name in Berlicum, waar hij waarschijnlijk ook woonachtig was.103 Hij was gehuwd met Mechtelt Jan Christiaens. Zij overleed voor 1543, waarna Thomas hertrouwde met Aleyt Arnt vanden Venne (overleden voor 1554).104 Uit het eerste huwelijk zijn geboren:
III-b. WILLEM MATHIJSS VAN GERWEN, vermeld tussen 1462 en 1471, is op jonge leeftijd, voor 1475, overleden.109 Hij was gehuwd met Elisabeth N., weduwe van Dirck Mathys Berthouts Hannen uit Haanwijk onder Sint-Michielsgestel.110 Uit dit huwelijk stamt een zoon Willem, die volgt onder IV-b op pagina 148.
IV-b. WILLEM WILLEMS VAN GERWEN wordt vermeld tussen 1475 en 1541. Hij is in 1462 of kort daarvoor geboren en verloor zijn vader op jonge leeftijd.
Hij treedt op 26 april 1487 op als getuige bij een testament dat zijn oom heer Jan als notaris vastlegde. Daar alleen een meerderjarige man als volwaardige getuige werd beschouwd, moet Willem op dat moment minstens 25 jaar oud zijn geweest. Wanneer Willem in 1475 en 1476 land en een huis verwerft geschiedt de transactie niet rechtstreeks aan hem, maar via een tussenpersoon; dit duidt op minderjarigheid van Willem.111 Of zijn moeder toen nog leefde, weten we niet.
Zeker vanaf 1497, toen hij een huis in de Koiperstraat kocht, was Willem woonachtig in 's-Hertogenbosch.112 Hij was actief in de lakensector: in 1502 wordt hij aangeduid als kleermaker, later steeds als gewantsnyder (lakenverkoper).113De lakenhandel moet hem voor de wind zijn gegaan: in de gemene zettingen van het begin van de zestiende eeuw behoort hij gemiddeld tot procentgroep 80.114 Aan de Bossche stadsloterij van 1506 nam hij voor maar liefst 15 gulden deel.115 Hij bezat bovendien onroerende goederen, cijnzen en pachten in Schijndel, Veghel, Sint-Michielsgestel en vooral 's-Hertogenbosch.116 Willem was een welgesteld man: hij behoorde tot de rijkste 30 procent van de Bosschenaren.
Minstens vanaf 1491 was Willem getrouwd met Elisabeth Oems. Haar ouders waren Henrick Jan Oems (overleden in 1507) en Mechtelt Ambroes Melis (overleden in 1508-1509). Henrick
| 147 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Oems woonde aan de Oude Huls en behoorde in de zettinglijsten van het begin van de zestiende eeuw gemiddeld tot procent-groep 85. Naast Elisabeth had het echtpaar Oems de volgende kinderen: heer Jan, notaris en rector van het altaar van Maria Magdalena in de Petruskapel in de Orthenstraat te 's-Hertogenbosch, Gerit, Daniel, Henrick, Ambrosius en Maria.117 Elisabeth is overleden tussen Kerstmis 1532 en Sint-Jansmis (24 juni) 1533, Willem volgde haar tussen 25 januari en 25 juli 1541.118
Uit dit huwelijk:
| 149 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
V-a. AMBROSIUS VAN GERWEN (ook wel aangeduid als Bruystinus), vermeld vanaf 1532 en overleden kort voor 1559, was net als zijn vader en zijn broer Jan gewantsnijder van beroep. Hij woonde sinds 1535 in de Ridderstraat. In 1555 verwierf hij bovendien een | 150 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
huis aan de Verwerstraat.137 Hij bezat een aanzienlijk aantal onroerende goederen, cijnzen en pachten.138 In de zettingslijsten van het midden van de zestiende eeuw behoort hij gemiddeld tot procent-groep 90.139 Ambrosius was gehuwd met Anna van den Kerckhof (vermeld in 1523-1582140, overleden voor 1597. Zij was een dochter van de bontwerker Jan Gysberts van den Kerckhoff en van Adriana N. Haar broers Gysbert en Adriaen waren net als hun vader bontwerkers en respectievelijk in 1530-1531 en 1535-1536 deken van het bontwerkersambacht. Anna was lid van de Lieve-Vrouwe-broederschap. Verschillende malen treedt zij op als getuige bij dopen, onder andere in 1576 bij haar kleinzoon Abraham en in 1577 bij haar kleindochter Judoca.141 Uit dit huwelijk:
| 151 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| 152 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Afkortingen
| 153 |
Noten | |
89. | GAH, R 1230, f 315, 21 mei 1460; f 326v, 10 juli 1460. R 1234, f 39v, 11 februari 1465. R 1244,f 180, 3 maart 1475. R 1245, f 2v, 14 oktober 1475; f 241, 4 april 1476. R 1251, f 281v, 29 december 1481; f 308, 26 januari 1482; f 333v, 23 februari 1482. R 1254, f 423, 22 april 1485. R 1260, f 492v, 3 maart 1491. R 1266, f 24, 23 januari 1498. R 1275, f 40v, 24 april 1506; f 486v, 10 september 1506. R 1278, f 88, 2 augustus 1509. R 1286, f 573, 14 augustus 1514. |
90. | GAH, R 1225,f 128v, 31 mei 1455. R 1226, f 410, 17 november 1455. R 1230, f 256, 16 juli 1460. R 1232, f 183v, 29 april 1462; f 247v, 30 september 1462. R 1234, f 130v, 12 februari 1465. R 1236, f 33, 19 januari 1467; f 132, 29 januari 1467. R 1251, f 547v, 20 december 1481; f 547v, 20 december 1481. R 1257, f 158v, 22 mei 1488; f 297v, 26 maart 1488. |
91. | GAH, R 1227, f 493, 19 juni 1457. Ook aangehaald bij: F.W. Smulders, „Ontslagen uit het molenaarsambacht in Den Bosch", De Brabantse Leeuw, X (1961) 30. |
92. | GAH, R 1230, f 326v, 10 juli 1460. |
93. | GAH, R 1266, f 24, 23 januari 1498. R 1270, f 315, 9 mei 1502. R 1278, f 88, 2 augustus 1509. R 1279, f 63, 12 oktober 1509. R 1286, f 573v, 2 april 1516. R 1313, f 150v, 27 februari 1531. R 1320, f 212, 22 juni 1534. R 1321,f 201v, 31 mei 1535. R 1327, f 223, 11 mei 1538. R 1328, f 288, 21 februari 1538. R 1331, f 71, 9 januari 1540. R 1332, f 198, 11 mei 1540. |
94. | GAH, 1320, f 206, 18 juni 1534. RANB, Heusdense Cisterciënzerkloosters Mariënkroon en Mariëndonk 452 (regest 1867). AILV, rekening 1504-1505 (inschrijving), rekening 1510-1511 (betaling van de doodschuld in vita). Alphons van den Bichelaer, Het notariaat in Stad en Meierij van 's-Hertogenbosch tijdens de Late Middeleeuwen (1306-1531) (Amsterdam, 1998) bijlage I, no. 141. A.J.A. Bijsterveld, Laverend tussen Kerk en wereld. De pastoors in Noord-Brabant 1400-1570 (Amsterdam, 1993), no. 1549. G. Bannenberg, A. Frenken en H. Hens (uitg.), De oude dekenaten Cuijk, Woensel en Hilvarenbeek in de 15de- en 16de eeuwse registers van het aartsdiakenaat. dl. II (Nijmegen, 1970) III, 365. G.C.A. Juten (uitg.), Consilium de Beke (Bergen op Zoom, z.j.) 123. |
95. | GAH, R 1275, f 486v, 10 september 1506. R 1277, f 41, 1 maart 1508. R 1290, f 261v, 11 september 1518. R 1312, f 227, 27 juli 1530. R 1328, f 288, 21 februari 1538. R 1331, f 71, 9 januari 1540. |
96. | GAH, R 1275, f 428, 12 november 1505; f 486v, 10 september 1506. R 1276, f 47v, 1 juli 1507; f 178, 8 juni 1507. R 1280, f 242v, 30 januari 1511. R 1284, f 447, 23 augustus 1514. R 1287, f 180v, 4 juni 1517. R 1293, f 402v, 31 mei 1520. R 1297, f 9, 19 oktober 1521. R 1305, f 75, 5 februari 1526. R 1329, f 282v, 23 juni 1539. |
97. | GAH, R 1310, f 305, 11 februari 1529. |
98. | GAH, R 1372 136, 10 april 1557. |
99. | GAH, R 1384, f 407, 12 juli 1564. |
100. | GAH, R 1342, f 308v, 15 april 1545. R 1369, f 319v, 5 juni 1556. R 1374, f 321, 20 april 1558. Zie voor hun testament van 23 oktober 1557: H. van Bavel, Inventaris van 100 Bossche testamenten, aanwezig in het archief van de godshuizen te 's-Hertogenbosch 1353-1698 ('s-Hertogenbosch, 1972) no. 93. |
101. | GAH, 1270, f 356, 2 augustus 1502. R 1275, f 116, 27 januari 1506. R 1276, f 179v, 10 juni 1507. R 1283, f 13v, 19 oktober 1512. R 1288, f 117, 27 maart 1517. Alberts broer Simon was eigenaar van de hoeve Overbeke op Beekveld in Berlicum en had een zoon Jan: Wim van der Heijden, „Hoeve Overbeke op Beekveld", Rondom de plaets, VI (1995)90. GAH, R 1275, f 247, 14 november 1505. |
102. | GAH, R 1326, f 246v, 7 juni 1537. |
103. | GAH, R 1277, f 380v, 31 augustus 1508. R 1290, f 44, 28 november 1517. R 1330, f 20, 31 oktober 1538. R 1333, f 57v, 26 november 1540. |
104. | GAH, R 1339, f 32, 12 november 1543. R 1365, f 351, 16 april 1554. R 1404, f 64, 12 maart 1580, 22 mei 1601. R 1417, f 379, 17 januari 1583. |
105. | GAH, R 1333, f 1v, 6 oktober 1540; f 57v, 26 november 1540. R 1383, f 418, 23 juni 1563. |
106. | GAH, R 1371, f 325, 29 april 1557. |
107. | GAH, R 1378, f 568v, 2 mei 1560. R 1412, f 188v, 28 september 1574. |
108. | A. Schillings ed., Matricule de l'université de Louvain, dl. III (Brussel, 1961) 539: Helias Mathie, Balecomensis prope Buscoducis, E.H.J. Reussens ed., Promotions de la faculté des arts de l'université de Louvain ( 1428- 1797) (Leuven, 1869) 217: Elias a Gerwen, ex Berlicom. H. Bots, I. Matthey en M. Meyer, Noordbrabantse studenten, 1550-1750 (Tilburg, 1979) 504, no. 3466. |
109. | GAH, R 1232, f 120, 12 augustus 1462. R 1240, f 94v, 7 maart 1471. R 1244, f 41, 1 juni 1475. |
110. | GAH, R 1232, f 80, 12 augustus 1462. Over Dirck Mathys Berthouts Hannen: GAH, R 1218, f 174v, 9 juli 1448. R 1219, f 6v, 21 oktober 1448. R 1255, f 439v, 1 juli 1486. |
111. | Van den Bichelaer, Het notariaat, 470, bijlage II, 139.3. GAH, R 1244, f 41, 1 juni 1475. R 1245, f 356v, 19 maart 1476. |
112. | GAH, R 1265, f 613v, 15 juli 1497. R 1342, f 85, 11 december 1544: de straat wordt hier aangeduid als vicus reparatorum veterum vestium (ook wel: vicus sartorum veterum vestium), Oudeklerenkopersstraat, een andere naam voor de Kolperstraat. Vergelijk: A.F.O. van Sasse van Ysselt, De voorname huizen en gebouwen van 's-Hertogenbosch, alsmede hunne eigenaars of bewoners in vroegere eeuwen dl. II ('s-Hertogenbosch, z.j.) 314. GAH, Tafel van de Heilige Geest, regest 182. |
113. | GAH, R 1271, f 243, 16 november 1502. R 1336. f 171v, 28 november 1541. OSA B23, 1513-1514, van lyf ende erflosrenten. |
114. | GAH, OSA B11, 1501-1502. B12, 1502-1503. B13, 1503-1504. B14, 1504-1505. B15, 1505-1506. B16, 1506-1507. B17, 1507-1508. B21, 1511-1512. B22, 1512-1513. |
115. | GAH, OSA B16, f 105. |
116. | GAH, R 1244, f 41, 1 juni 1475. R 1245, f 356v, 19 maart 1476. R 1251, f 281v, 29 december 1481; f 333v, 23 februari 1482. R 1254, f 423, 22 april 1485. R 1256, f 284v, 26 april 1487. R 1258, f 168v, 22 januari 1489; f 254v, 12 juni 1489; f 269v, 9 juli 1489. R 1259, f 93v, 29 december 1489. R 1260, f 281, 2 juni 1491; f 464, 8 augustus 1491. R 1265, f 433, 27/28 februari 1497. R 1271, f 242v, 14/16 november 1502. R 1275, f 40v, 24 april 1506. R 1279, f 63, 12 oktober 1509; f 511v, 24 april 1510. R 1288, f 190, 28 juli 1517. R 1289, f 146, 9 april 1518. R 1291, f 75, 28 januari 1519. R 1292, f 67v, 19 januari 1519. R 1308, f 304, 17 juli 1528. R 1320, f 212, 22 juni 1534. R 1321, f 201v, 31 mei 1535. R 1336, f 171v, 28 november 1541; f 174, 29 november 1541. OSA 7851, f 107, 27 januari 1489; f 111, 11 april 1493. Particuliere Gasthuizen, Mierdenmannengasthuis 3, f 130, 21 april 1518. |
117. | GAH, R 1256, f 572, 13 augustus 1487. R 1261, f 309, 6 augustus 1492. R 1268, f 37v, 5 maart 1500. R 1278, f 76v, 20 juni 1509. OSA B7, 1496, lyffrenten. B8, 1497-1498. B11, 1501-1502. B12, 1502-1503. B13, 1503-1504. B14, 1504-1505. B15, 1505-1506. B16, 1506-1507. B17, 1507-1508. B37, 1530-1531, van lyf ende losrenten afgestorven. Idem 7851, f 71, 14 december 1480; f 239v, 28 juni 1528. AILV, rekeningen 1507-1508, 1508-1509. Van den Bichelaer, Het notariaat, bijlage I, no. 285. Ambrosius Oems was een gewelddadige man, die verschillende malen wegens mestrekken, het anderszins toebrengen van verwondingen en zelfs doodslag werd veroordeeld: ARAB, Rekenkamer 13006, rekening Sint Jan 1500 - Kerstmis 1500, ontfanck van quetzuren; rekening Kerstmis 1503 - Sint Jan 1504, ontfanck van quetzuren, van mestreckene; rekening Sint Jan 1504 - Kerstmis 1504, ontfanck van quetzuren. Idem 12996, rekening Sint Jan 1509 - Kerstmis 1512, ontfanck van dootslagers. |
118. | GAH, OSA B39, l532-1533. B47, 1540-1541, van lyfrenten die affgestorven zyn. |
119. | GAH, OSA B67, 1560-1561, versterf. D171, 1561-1562. |
120. | GAH, R 1307, f 52v, 15 december 1526. OSA D171, 1561-1562. |
121. | GAH, OSA B41, 1534-1535. B46, 1539-1540, ontfanck comende van meesteren. Onduidelijk is of hij in 1539-1540 deken van het gewantsnijdersambacht was of alleen keurmeester. Vergelijk: N.H.L. van den Heuvel, De ambachtsgilden van 's-Hertogenbosch vóór 1629 ('s-Hertogenbosch, 1946) 136. N.H.L. van den Heuvel, De ambachtsgilden van 's-Hertogenbosch vóór 1629. Rechtsbronnen van het bedrijfsleven en het gildewezen (Utrecht, 1946) no. 157. |
122. | GAH, OSA B38, 1531-1532, gagiën der scutten. B46, 1539-1540, van gagiën der scutteryen. B47, 1540-1541, gagiën der scutteryen. |
123. | GAH, OSA B53, 1546-1547. B59, 1552-1533. C167, 1557. Een transscriptie van deze laatste bron is te raadplegen op de website van Hein Vera: http://home.wxs.nl/vera0000/bronnen.html. |
124. | GAH, R 1288, f 186v, 17 juli 1517. R 1292, f 116, 23 februari 1519. R 1301, f 30, 9 november 1523. R 1318, f 85, 4 januari 1533. R 1335, f 144v, 27 maart 1542; f 555v, 5 augustus 1542. R 1336, f 174, 29 november 1541. R 1342, f 85, 11 december 1544; f 302, l0 april 1545. R 1344, f 250, 23 februari 1546. R 1360, f 94, 13 januari 1552. R 1367, f 251, 12 maart 1555. Zinnelozenhuis 56 (1541). |
125. | GAH, OSA B69, 1562-1563, versterf. |
126. | GAH, R 1288, f 186v, 17 juli 1517. R 1301, f 30, 9 november 1523. R 1306, f 134, 21 mei 1527. R 1318,f 85, 4 januari 1533. R 1342, f 302, 10 april 1545. R 1372, f 177, 24 april 1556; OSA B21, 1511-1512, van vercochten renten. Vergelijk: J.A.W. Swane, „Van Amstel - 's-Hertogenbosch", De Brabantse Leeuw, XII (1963) 93. In één akte wordt Mechtelt Henricx Bull als moeder van Marceliske genoemd: GAH, R 1292, f 116, 23 februari 1519; vergelijk: R 1288, f 187, 17 juli 1517. |
127. | GAH, OSA B8, 1497-1498. B11, 1501-1502. B12, 1502-1503. B13, 1503-1504. B14, 1504-1505. B15, 1505-1506. B16, 1506-1507. B17, 1507-1508. B21, 1511-1512. B22, 1512-1513. |
128. | GAH, R 1922, f 48v, 15 november 1561; f 106v, 18 juli 1562; f 225, 29 maart 1564; f 272v, 16 september 1570. R 1923, f 305, 31 maart 1562; f 339, 2 mei 1562. |
129. | GAH, R 1293, f 179v, 24 april 1520. R 1335, f 555v, 5 augustus 1542. R 1336, f 171v, 28 november 1541; f 174, 29 november 1541. R 1338, f 191, 3 juli 1543. R 1343, f 266, 25 april 1545. R 1395, f 36v, 5 januari 1571. R 1396, f 419v, 11 september 1573. OSA A4, 26 mei 1543, 4 juli 1543. A5, 22 juni 1544. B11, 1501-1502. B12, 1502-1503. B13, 1503-1504. B14, 1504-1505. Idem 7851, f 111, 11 april 1493. Vergelijk: A.F.O. van Sasse van Ysselt, Nieuwe catalogus der oorkonden en handschriften berustende in de boekerij van het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen in Noord Brabant ('s-Hertogenbosch, 1900) no. 375. W.A. van Wijburg, „Van Gerwen", De Nederlande Leeuw, LXX (1953) 182, 183. |
130. | ARAB, Raad van Beroerten 192, f 62v, 1568: Anna Jan Heymericx. Zij zal dezelfde zijn als Anna Heymericx die in een ongedateerde lijst van zusters van het Sint-Geertruiklooster wordt vermeld: L.H.C. Schutjes, Geschiedenis van het bisdom 's-Hertogenbosch, dl. IV (Sint-Michielsgestel, 1873) 472. |
131. | GAH, R 1296, f 400, 30 mei 1522. R 1297, f 116, 15 maart 1522. R 1338, f 191, 3 juli 1543. R 1342, f 85, 11 december 1544; f 491, 28 augustus 1545. R 1343, f 266, 25 april 1545. OSA B53, 1546-1547. B59, 1552-1553. |
132. | GAH, OSA B11, 1501-1502, ontfanck van lyffrenten voirtyts vercoft op twee liven. Idem 7851, f 111, 11 april 1493. |
133. | GAH, R 1335, f 144, 27 maart 1542; f 555v, 5 augustus 1542. R 1336, f 171v, 28 november 1541; f 174, 29 november 1541. R 1342, f 85, 11 december 1544. |
134. | GAH, R 1335, f 144, 27 maart 1542; f 555v, 5 augustus 1542. R 1336, f 174, 29 november 1541. R 1342, f 85, 11 december 1544. R 1347, f 71, 11 januari 1547. R 1395, f 36v, 5 januari 1571. R 1396, f 419v, 11 september 1573. R 1922, f 107, 18 juli 1562. OSA B53, 1546-1547. B59, 1552-1553. C167, 1557. |
135. | GAH, OSA B32, 1525-1526, ontfanck comende van meesteren. B40, 1533-1534. B45, 1538-1539. B47, 1540-1541. B51, 1544-1545. B52, 1545-1546. B59, 1552-1553. Idem 8085, 5 maart 1503. Ambachtsgilden 312, ff 45, 46, 47v, 48. A.M. Koldeweij, „Beknopt overzicht van goud- en zilversmeden uit 's-Hertogenbosch tot 1807, hun leerlingen en hun meestertekens", in: A.M. Koldeweij (uitg.), Zilver uit 's-Hertogenbosch. Van bourgondisch tot biedermeier ('s-Hertogenbosch, 1985) 38. Over Gevaerts werkzaamheden voor de Lieve-Vrouwe-broederschap: A.M. Koldeweij en J.P.M. Strijbosch, „Het goud- en zilverwerk van de Illustre Lieve-Vrouwe-broederschap te 's-Hertogenbosch", in: Koldeweij, Zilver uit 's-Hertogenbosch, 135, 136. |
136. | GAH, R 1335, f 144, 27 maart 1542; f 555v, 5 augustus 1542. R 1336, f 171v, 28 november 1541; f 174, 29 november 1541. R 1342, f 85, 11 december 1544. R 1347, f 71, 11 januari 1547. R 1364, f 533, 28 juli 1554. R 1376, f 566, 27 juni 1559. R 1382, f 107, 30 januari 1562. R 1386, f 42, 14 november 1564. R 1387, f 150, 12 februari 1565. R 1395, f 36v, 5 januari 1571. R 1396, f 419v, 11 september 1573. OSA A243, f 49v. B53, 1546-1547, ontfanck comende van meesteren. B59, 1552-1553. B63, 1556-1557. B68, 1561-1562. C167, 1557. Ambachtsgilden 312, ff 62, 63v, 65, 67v, 69v, 70v, 71v, 72. Particuliere Gasthuizen, Mierdenmannengasthuis 3, f 151v, 5 januari 1558. Koldeweij, „Beknopt overzicht", 44. Christoffels broer Jeronimus zat vanaf maart 1568 vast op de Bossche Gevangenpoort op verdenking van medeplichtigheid aan de troebelen in 's-Hertogenbosch in 1566 en 1567. Bij gebrek aan bewijs werd hij tenslotte in augustus 1570 vrijgelaten. Zie: GAH, R 74-16. P. Cuypers-Van Velthoven, Documents pour servir à 1'histoire des troubles religieux du XVIme siècle dans le Brabant septrentrional. Bois-leDuc (1566-1570), dl. I (Brussel, 1858) 564. |
137. | GAH, R 1321, f 74, 2 januari 1535. R 1367, f 342v, 15 juni 1555. R 1416, f 342, 14 februari 1589. R 1447, f 123, 5 mei 1606. OSA B61, 1554-1555, vanden assyns vonden LXen penninck. B95, 1588-1589. ibidem. Van Sasse van Ysselt, De voorname huizen, II, 197. |
138. | GAH, R 1311, f 201, 27 september 1532. R 1325, f 127, 11 december 1536. R 1335, f 144, 27 maart 1542; f 204v, 14 juni 1542; f 555v, 5 augustus 1542. R 1336, f 171v, 28 november 1541; f 174, 29 november 1541. R 1342, f 85, 11 december 1544. R 1344, f 250, 23 februari 1546. R 1346, f 46, 18 augustus 1547. R 1348, f 23v, 12 november 1546. R 1360, f 94, 13 januari 1552. R 1364, f 155v, 3 maart 1554; f 448v, 5 juni 1554. R 1368, f 138v, 5 februari 1556. R 1376, f 206v, 11 april 1559. OSA B60, 1553-1554, vanden assyns vanden LXen penninck. Zinnelozenhuis 56 (1541). |
139. | GAH, OSA B53, 1546-1547. B59, 1552-1553. C167, 1557. |
140. | In februari en augustus 1583 kreeg zij nog 31 gulden 5 stuiver lijfrente uitgekeerd van de Staten van Brabant (ARAB, Rekenkamer 15778, f 65). - Leo Adriaenssen. |
141. | GAH, R 1301, f 77v, 30 december 1523. R 1304, f 82, 13 januari 1526. R 1319, f 181, 11 september 1524. R 1321, f 177, 30 april 1535. R 1336, f 44v, 2 december 1541. R 1390, f 142, 30 mei 1567. R 1391, f 202, 14 juli 1568. R 1394, f 14v, 10 december 1571. R 1397, f 239, 9 april 1573. R 1403, f 140, 28 december 1577. R 1404, f 250, 31 mei 1582. R 1413, f 256v, 18 februari 1580. OSA B37, 1530-1531, ontfanck comende van meesteren. B42, 1535-1536. Idem 8469 (1579). Doop-, trouw- en begraafboeken 2, f 6, 10 januari 1566; f 262v, 8 oktober 1576; f 294v, 22 februari 1578. Idem 39, f 49v, 11 oktober 1577. Idem 53, f 77v, 29 december 1577. AILV, rekening 1559-1560. |
142. | Vergelijk: G.C.M. van Dijck, „De Bossche meester met de rijksappel en zijn familie", De Brabantse Leeuw, XLV (1996) 67. |
143. | GAH, R 1376, f 206v, 11 april 1559. R 1393, f 104v, 21 februari 1569. R 1395, f 36v, 5 januari 1571. R 1396, f 419v, 11 september 1573. R 1416, f 181, 21 januari 1588. R 1435, f 466v, 4 augustus 1597. R 1470, f 279, 15 mei 1598, 14 juni 1600. R 1482, f 485, 18 en 21 juli 1609. OSA A461, volk van wapenen nrs. 3x, 6 (1576). B73, 1566-1567. Idem 8469 (1578). Doop-, trouw- en begraafboeken 2, f 170, 6 maart 1569. Idem 53, f 31, 7 november 1573; f 87, 4 februari 1580. |
144. | Gemeentearchief Amsterdam 5033, poortersboeken 1, 1584-1605, f 59. Met dank aan Gerard van Gurp. Zie ook: Oscar Gelderblom, Zuid-Nederlandse kooplieden en de opkomst van de Amsterdamse stapelmarkt (1578-1630) (Hilversum, 2000), 301, en de bijbehorende databank, te raadplegen op de website van het Nederlands Inistituut voor Wetenschappelijke Informatiediensten (NIWI): http://amsterdammerchants.niwi.knaw.nl. Zie voor de sterke afname van het bevolkingsaantal: Gerard van Gurp, „Bossche migranten tussen 1579 en 1629", 's-Hertogenbosch Driemaandelijks tijdschrift over de geschiedenis van 's-Hertogenbosch, IV (1996) 41-53. |
145. | W.A. van Rijn, „Genealogie van het geslacht van Gerwen", De Nederlandsche Leeuw, LVII (1939) 508. A.J.J. van der Rest, „Van Gerwen", De Nederlandsche Leeuw, XCI (1974) 275-277. |
146. | GAH, Doop-, trouw- en begraafboeken 2, f 75, 1 april 1569; f 148v, 4 juli 1571; f 208, 6 februari 1574; f 239v, 23 september 1575. |
147. | Is hij wellicht de Willem Jans van Gerruwen uit 's-Hertogenbosch, die in februari 1616 te Haarlem met Maria Pauwels van Duynkercken in het huwelijk trad? Zie: L.G. van Dijck, „Haarlemse Brabanders", De Brabantse Leeuw, XV (1966) 78. |
148. | GAH, OSA B73, 1566-1567, aenden gheenen die snachts ende sdaechs aender poorten ende binnen deser stadt inder straten gewaict hebben. B86, 1579-1580, onijanck comende van meesteren. |
149. | GAH, R 1384, f 138v, 21 januari 1564. R 1401, f 106, 11 februari 1576. R 1415, f 402, 16 april 1586. OSA B82, 1575-156, vanden 60en penninck nyet verpacht. B88, 1581-1582, ibidem. |
150. | GAH, R 1376, f 140v, 21 februari 1559. R 1376, f 563v, 22 juni 1559. R 1379, f 299v, 20 mei 1561. R 1380, f 192v, 19 maart 1561. R 1384, f 75, 15 december 1563. R 1415, f 127, 30 maart 1585. R 1431, f 172v, 16 maart 1592. |
151. | GAH, R 1393, f 104v, 21 februari 1569. R 1395, f 36v, 5 januari 1571. R 1397, f 239, 24 maart 1574; f 645, 22 mei 1574. R 1404, f 247, 31 mei 1582. R 1406, f 114, 23 maart 1587; f 201, 8 maart 1588. R 1407, f 228, 18 januari 1593. R 1414, f 356, 9 februari 1584. R 1415, f 402, 16 april 1586. R 1416, f 181, 21 januari 1588. R 1419, f 87v, 7 augustus 1586. R 1420, f 310, 14 september 1588. R 1470, f 279, 15 mei 1598, 14 juni 1600. R 1484, f 80v, 4 juni 1610. B.W. van Schijndel, „Het geslacht Van Wijck uit 'de Klei'", Met gansen trou, XIV (1964) 118. Anton Schuttelaars, Heren van de Raad. Bestuurlijke elite van 's-Hertogenbosch in de stedelijke samenleving 1500-1580 (Nijmegen, 1998) no. 186. |
152. | GAH, R 1409, f 402, 12 augustus 1600. R 1426, f 110v, 3 september 1607. R 1437, f 8v, 19 november 1598. R 1438, f 77, 2 januari 1599. R 1442, f 35v, 12 december 1601. R 1470, f 279, 15 mei 1598, 14 juni 1600. R 1484, f 80v, 4 juni 1610. R 1490, f 450v, 7 september 1615; f 458v, 12 september 1615. R 1491, f 114, 23 december 1615. R 1516, f 540, 19 september 1610. R 1518, f 390v, 11 juli 1618. R 1520, f 97, 13 december 1619. R 1530, f 202, 4 februari 1619. OSA A328, 12 september 1600 (met dank aan Gerard van Gurp). Doop-, trouw- en begraafboeken 2, f 28v, 28 mei 1567; f 76v, 10 april 1569; f 53 35, 10 juni 1574; f 46, 30 augustus 1575; f 77v, 29 december 1577; f 82, 15 februari 1579; f 90v, 20 september 1580. |
153. | GAH, R 1393, f 104v, 21 februari 1569. R 1395, f 36v, 5 januari 1571. R 1396, f 419v, 11 september 1573. R 1397, f 239, 24 maart 1574; f 645v, 22 mei 1574. R 1403, f 178, 5 april 1578. R 1404, f 247, 31 mei 1582. R 1406, f 201, 8 maart 1588. R 1407, f 228, 18 januari 1593. R 1414, f 324v, 6 maart 1584; f 436, 22 augustus 1584. R 1416, f 181, 21 en 22 januari 1588; f 342, 14 februari 1589. R 1418, f 407v, 16 september 1585. R 1420, f 131v, 29 februari 1588; f 190v, 2 mei 1588; f 311, 14 september 1588; f 525v, 23 maart 1589; f 562v, 13 mei 1589. R 1430, f 176v, 10 december 1590. R 1431, f 174v, 16 maart 1592. R 1466, 41v, 9 november 1593. R 1470, f 279, 15 mei 1598, 14 juni 1600. AILV, rekening 1554-1555. Van Sasse van Ysselt, De voorname huizen, II, 407, 408. J.Th.M. Melssen, „Gerard Michiels uit Eindhoven en enkele van zijn nakomelingen", De Brabantse Leeuw, XXIII (1974) 147. Schuttelaars, Heren van de Raad, nrs. 1 I, 170. |
154. | GAH, R 1395, f 36v, 5 januari 1571. R 1396, f 419v, 11 september 1573. R 1400, f 322, 8 november 1575. R 1413, f 256v, 18 februari 1580. R 1922, f 272v, 16 september 1570. Ook wanneer zijn broers en zusters in 1588 en 1590 een erfcijns uit die hoeve uitgeven en in 1593 de hoeve verdelen, wordt Peter niet genoemd: R 1416, f 181, 21 januari 1588. R 1430, f 176v, 10 december 1590. R 1466, f 41v, 9 november 1593. |
155. | GAH, R 1443, f 69, 2 januari 1603. R 1451, f 256, 19 augustus 1608. OSA B68, 1561-1562, van alrehande saicken. B71, 1564-1565, ibidem. B77, 1570-1571 ibidem. Ambachtsgilden 169. |
156. | GAH, R 1395, f 36v, 5 januari 1571. R 1396, f 419v, 11 september 1573. R 1400, f 322, 8 november 1575. R 1404, f 247, 31 mei 1582. R 1406, f 201, 8 maart 1588. R 1407, f 228, 18 januari 1593. R 1414, f 324v, 6 maart 1584; f 356, 9 februari 1584; f 436, 22 augustus 1584. R 1416, f 181, 21 en 22 januari 1588. R 1430, f 176v, 10 december 1590. R 1432, f 87v, 4 december 1593. R 1435, f 466v, 4 augustus 1597. R 1438, f 16, 9 oktober 1599. R 1445, f 10v, 9 oktober 1604. R 1458, f 357, 23 maart 1612; f 387, 21 maart 1612. R 1466, f 41v, 9 november 1593. R 1470 279, 15 mei 1598, 14 juni 1600. R 1484, f 22, 29 april 1610. R 1488, f 172v, 31 mei 1613. R 1514, f 146, 24 december 1613; f 530, 14 juli 1614. R 1529, f 529, 13 juli 1618. R 1532, f 45, 14 november 1620. R 1922, f 272v, 16 september 1570. Van Sasse van Ysselt, De voorname huizen, III, 509. |
157. | GAH, R 1404, f 250, 31 mei 1582. Zij komt als Willeken van Gerwen voor op een ongedateerde lijst van koorzusters van het Sint-Geertruiklooster: Schutjes, Geschiedenis van het bisdom 's-Hertogenbosch, IV, 472. Over het passie-boek: A.M. Koldeweij (red.), In Buscoducis 1450-1629. Kunst uit de Bourgondische tijd te 's-Hertogenbosch De cultuur van late middeleeuwen en renaissance ('s-Hertogenbosch en Maarssen 1990) 142, cat.no. 77. |
158. | GAH, R 1395, f 36v, 5 januari 1571. R 1396, f 419v, 11 september 1573. R 1400, f 322, 8 november 1575. R 1404, f 247, 31 mei 1582. R 1406, f 201, 8 maart 1588. R 1407, f 228, 18 januari 1593. R 1408, f 223v, 3 november 1595. R 1409, f 9v, 26 november 1597. R 1414, f 232v, 13 juli 1583; f 356, 9 februari 1584. R 1416, f 181, 21 januari 1588. R 1421, f 210v, 3 februari 1590. R 1430, f 176v, 10 december 1590; f 185, 13 december 1590. R 1432, f 87v, 4 december 1593; f 100, 23 december 1593. R 1434, f 15v, 3 november 1595. R 1436, f 592v, 13 november 1598. R 1438, f 16, 9 oktober 1599. R 1445, f 10v, 9 oktober 1604. R 1466, f 41v, 9 november 1593. R 1470, f 279, 15 mei 1598, 14 juni 1600. R 1478, f 6, 17 oktober 1606. R 1922, f 272v, 16 september 1570. |